Persbericht

Eendracht maakt macht

Vanaf de tijd van Adam heeft de Heer zijn kinderen geboden om elkander lief te hebben. Hij betreurde het dat zovelen van hen liefdeloos waren en een hekel hadden aan hun eigen bloed.1

Onze hemelse Vader weet dat de waardevolle gave van het eeuwige leven alleen diegenen onder zijn kinderen ter beschikking staat die God als hun Vader liefhebben, en die elkander liefhebben en eendrachtig zijn. De Heiland bad voor zijn discipelen ‘dat zij allen één zijn, gelijk Gij, Vader, in Mij en Ik in U, dat ook zij in Ons één zijn’.2 En Hij bevestigde tegenover Adam na diens doop: ‘Zie, gij zijt één in Mij, een zoon van God; en aldus kunnen allen mijn zonen worden. Amen.’3 De Heer gaf de profeet Joseph opdracht om te onderwijzen dat ieder mens zijn broeder moest achten als zichzelf, en dat zij eendrachtig moesten zijn. Hij waarschuwde: ‘Zijt één; en indien gij niet één zijt, zijt gij de mijnen niet.’4

Ik heb me vaak afgevraagd wat het beginsel van eendracht nou zo belangrijk en onmisbaar maakt. Mijn conclusie is dat eendracht kracht geeft, en die bevordert en in stand houdt. Ze geeft ons de kracht om elke hindernis te overwinnen, elke bestemming te bereiken en elke ongewenste invloed te weerstaan die ons of ons gezin aanvalt. Als we naar het eendrachtsbeginsel leven, zijn wij niet bang om het goede te doen. En de Heer heeft beloofd: ‘laten aarde en hel tegen u samenspannen, want indien gij zijt gebouwd op mijn rots, vermogen zij niets.’5

Wilford Woodruff heeft gezegd: ‘Ik denk niet dat we veel bewijzen hoeven aan te dragen om tot de slotsom te komen dat eendracht kracht biedt, en dat een eendrachtig volk macht heeft die een verdeeld volk niet bezit.’ Hij vervolgt: ‘De heiligen Gods kunnen alleen voorspoedig zijn als ze één zijn.’ 6

Aan de andere kant is het belangrijk voor ons om in te zien dat verdeeldheid een vernietigende uitwerking heeft. De Heer heeft gewaarschuwd: ‘Ieder koninkrijk, dat tegen zichzelf verdeeld is, gaat ten onder, en geen stad of huis, tegen zichzelf verdeeld, zal standhouden.’7 Dit is zo waar, in welke levenssituatie we ons ook bevinden. Als ik succes wil hebben en gelukkig wil zijn, moet ik ‘één zijn met mijzelf en met God’. Als wij een goed en gelukkig huwelijk en gezin willen, moeten we eensgezind zijn. Als wij een goede en gelukkige wijk en ring willen, moeten we eensgezind zijn. Hoe het ook zij, verdeeldheid heeft altijd een vernietigende uitwerking. Het verzwakt ons vermogen om vooruitgang te maken. En dan worden we ongelukkig en raken vaak verbitterd. Maar zijn we eensgezind, dan hebben we succes, zelfs in situaties die hopeloos lijken.

Ik vind dit een erg mooie fabel:

‘Er was eens een zwerm duiven die onder leiding van hun koning rondvlogen, op zoek naar voedsel. Op een dag vlogen ze een grote afstand en waren erg moe. De duivenkoning moedigde ze aan om nog een beetje verder te vliegen. De kleinste duif ging wat sneller en vond wat rijst onder een wurgvijgenboom. Alle duiven landden en begonnen te eten.

Plotseling viel er een net over ze heen en zaten ze allemaal in de val. Ze zagen een jager met een grote knuppel dichterbij komen. De duiven fladderden wanhopig met hun vleugels om eruit te komen, maar zonder resultaat.

Toen kreeg de koning een idee. Hij zei tegen de duiven dat ze allemaal tegelijk op moesten vliegen en het net meenemen. Hij zei dat er kracht school in eenheid.

Elke duif pakte een stukje van het net op en samen vlogen ze weg met het net. De jager keek stomverbaasd omhoog. Hij probeerde ze te volgen, maar ze vlogen hoog over heuvels en valleien heen. Ze vlogen naar een heuvel buiten een stad vol tempels, waar een muis woonde die ze kon helpen. Hij was een trouwe vriend van de duivenkoning.

Toen de muis het geluid hoorde dat hun komst aankondigde, verstopte hij zich. De duivenkoning riep hem vriendelijk en toen was de muis blij om hem te zien. De duivenkoning legde uit dat ze in de val waren gelopen en dat ze de hulp van de muis nodig hadden — als hij het net met zijn tanden doorknaagde, kon hij de duiven bevrijden.

De muis stemde daarmee in en zei dat hij de koning eerst zou bevrijden. De koning stond erop dat hij zijn onderdanen eerst zou bevrijden en daarna pas hemzelf. De muis begreep dat, en deed wat hij vroeg. Hij begon het net door te knagen en alle duiven werden een voor een bevrijd, ook de duivenkoning. Ze bedanken de muis allemaal en vlogen samen weg, gesterkt door hun eendracht.’8

Dit verhaal is een goed voorbeeld van het beginsel dat eendracht macht maakt. Wat onze bezwaren ook zijn, hoe moeilijk een taak ook lijkt, als we die eendrachtig aanpakken, hebben we een goede kans dat we ons doel bereiken. Onze hemelse Vader geeft ons in de Gids bij de Schriften het volmaakte voorbeeld van eendracht. We lezen over de Godheid: ‘Deze drie Personen vormen een volmaakte eenheid en harmonie in doel en leer.’9

Het is de bedoeling dat wij als man en vrouw hun voorbeeld volgen in de opvoeding van rechtschapen kinderen. In onze kerktaken in wijk en ring, moeten we eensgezind samenwerken aan het heil van de kinderen van onze hemelse Vader. Als we eensgezind zijn in rechtschapenheid en verlangen, voelen wij ons in ons hart met elkaar verbonden, putten wij uit de kracht van de hemel, en bereiden we ons voor op het ontvangen van inspiratie en openbaring. Dan worden we ware werktuigen in de handen van de Heer tot het heil van zielen. Eendracht is belangrijker dan gelijk hebben.

Ouderling George Q. Cannon heeft gezegd: ‘Ik neem aan dat ieder van ons het fijn vindt om zijn zin te krijgen. Ik weet dat ik dat in elk geval fijn vind. Ik ben bereid om toe te geven dat ik graag mijn zin krijg. Maar ik vind het niet belangrijk genoeg om in te gaan tegen de zin van mijn broeders. Dat is onze plicht als het Eerste Presidium van de kerk. Het is de plicht van elk presidium in de kerk.

‘Ringpresidenten en hun raadgevers, bisschoppen en hun raadgevers, en allen die een presiderende functie hebben, dienen eensgezind te zijn. Het is onze plicht als het Eerste Presidium van de kerk om naar deze geest van eendracht te streven waar de Heiland om bad, om één te zijn, om onze gevoelens te onderwerpen. En als twee het ergens over eens zijn en de derde het niet inziet, laat hem dan zeggen: “Ik ga daarin mee. Ik laat geen enkel gevoel in mijn hart tussen u en mij staan.”’10
Ons wordt niet alleen gevraagd om eendrachtig te zijn, het is zelfs belangrijker om eendrachtig te zijn dan een uitmuntend plan te volgen als niet allen ermee kunnen instemmen. Ik haal opnieuw president Cannon aan:

‘Stel dat een persoon meer wijsheid bezit dan een ander, dan is het toch beter om een plan uit te voeren dat niet zo wijs is als u er eensgezind achter staat. Over het algemeen kan een plan of beleid in sommige opzichten ondergeschikt zijn maar toch meer effect sorteren als men er eensgezind achter staat dan een beter plan waarover de meningen verdeeld zijn.’11
Laten we onze verschillende plichten en taken eensgezind vervullen. Dan bereiken we een hoger niveau van gemoedsrust, een hoger inspiratieniveau en een hoger prestatieniveau, en zijn wij de uitverkorenen van de Heer.12
NOTEN
1. Mozes 7:33.
2. Johannes 17:21.
3. Mozes 6:68.
4. Leer en Verbonden 38:27.
5. Leer en Verbonden 6:34.
6. Discourses of Wilford Woodruff (1890), p. 172, en Deseret Weekly, 30 augustus 1890, p. 305.
7. Matteüs 12:25.
8. Unity is Strength, Ajit Hari Sahu, www.whereincity.com/stories/children/5909.html.
9. Johannes 17:21-23; zie ook 2 Nephi: 31:21; zie ook 3 Nephi 11:27, 36.
10. Discourses and Writings of George Q. Cannon), George Q. Cannon, Vol 1, geselecteerd, geredigeerd en ingedeeld door Jerreld I. Newquist (1957), p. 207.
11. Discourses and Writings of George Q. Cannon), George Q. Cannon, Vol 1, geselecteerd, geredigeerd en ingedeeld door Jerreld I. Newquist (1957), p. 207.
12. Johannes 17:9–11




Stijlgidsnotitie:Als u De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen in een artikel noemt, gebruik dan bij de eerste vermelding alstublieft de volledig naam van de kerk. Voor meer informatie over het gebruik van de naam van de kerk, zie onze onlineStijlgids.