Van Haïti tot en met Pakistan en Nieuw-Zeeland heeft De Kerk van
Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen afgelopen jaar
slachtoffers van natuurrampen in 58 landen hulp geboden. Dat blijkt
uit het Noodhulpverslag 2010 van de welzijnsdiensten, waarin staat
dat de kerk hulp ter waarde van miljoenen dollars verleende na 119
rampen. In 2010 hadden ruim 350 natuurrampen meer dan
driehonderdduizend dodelijke slachtoffers tot gevolg, wat 2010 het
dodelijkste jaar in de afgelopen 25 jaar maakt. Die gebeurtenissen
waren onder meer aardbevingen, overstromingen, grondverschuivingen,
tyfonen, ziekten, hittegolven en vulkaanuitbarstingen, en ze
troffen meer dan tweehonderd miljoen mensen en veroorzaakten meer
dan honderd miljard dollar aan schade.
Hier volgt enkele rampen waarbij de kerk hulp heeft verleend:
Aardbevingen
Aardbevingen maakten de grootste aantallen dodelijke slachtoffers,
met name de vernietigende aardbeving die in januari 2010 in Haïti
plaatsvond: er waren in en rond Port-au-Prince naar schatting wel
230 duizend doden te betreuren. Andere grote aardbevingen troffen
Concepción (Chili) en Christchurch (Nieuw-Zeeland).
De kerk reageerde op elk van de gebeurtenissen door voedsel en
andere goederen voor onmiddellijke noodhulp te sturen. In Haïti
verleenden bovendien medische vrijwilligers hulp aan duizenden
gewonden. De kerk blijft nog actief in de hulpverlening aan Haïti,
onder meer met het bemiddelen in banen en verschaffen van onderwijs
en tijdelijke behuizing.
Overstromingen en grondverschuivingen Hoewel niet zo vernietigend
in termen van het aantal slachtoffers, waren overstromingen veruit
de meest voorkomende rampen in 2010, met talrijke doden en
miljoenen daklozen als gevolg. Alleen al in Pakistan vielen
tweeduizend doden en werden twintig miljoen anderen anderszins door
de ramp getroffen. Wekenlange regens veroorzaakten overstromingen
en grondverschuivingen in Midden-Amerika en langs de kust van
Zuid-Amerika. Bijna twee en een half miljoen inwoners van Colombia
en Venezuela werden hierdoor getroffen.
Aan de andere kant van de wereldbol — in China, Thailand, Myanmar,
Vietnam en de Filipijnen — had men te kampen met overstromingen die
een totaal dodental van 1800 tot gevolg hadden. En in de Verenigde
Staten maakte men in de staten Tennessee, Kentucky en Missouri de
hevigste overstromingen in tientallen jaren mee.
De kerk bood hulp in de vorm van voedsel, water, hygiënesets,
dekens, kleding en andere hulpgoederen aan mensen die dakloos waren
geworden of wiens woning schade had opgelopen. Voor de
opruimwerkzaamheden verschafte de kerk schoonmaaksets en zette ze
ploegen vrijwilligers in.
Cholera In het laatste kwartaal van 2010 brak er op twee plekken in
de wereld op grote schaal cholera uit. Eerst in de noordelijke
regio Artibonite van Haïti, van waaruit de ziekte zich snel
verbreidde door alle provincies van het land en voor het eind van
het jaar meer dan drieduizend dodelijke slachtoffers maakte. De
tweede plek waar cholera uitbrak, vond plaats in de regio Daru van
Papoea Nieuw-Guinea. Hoewel dit een kleinschaliger epidemie was met
minder publiciteit, vielen er toch nog driehonderd doden.
De kerk reageerde op deze epidemieën door medische vrijwilligers in
te zetten en pakketten middelen voor de bestrijding en voorkoming
van cholera te verschaffen. Dit pakket bevat bevat zeep,
waterzuiveringsmiddelen en mondeling in te nemen
rehydrateringszout. Daarnaast verschafte de kerk grote
waterzuiveringssystemen, duizenden filterflessen en
instructiemateriaal over cholera.
Al die acties waren mogelijk door de gulle gaven van leden en
vrienden van de kerk. Honderd procent van de donaties wordt ingezet
voor hulpverlening aan mensen in nood.
Stijlgidsnotitie:Als u De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen in een artikel noemt, gebruik dan bij de eerste vermelding alstublieft de volledig naam van de kerk. Voor meer informatie over het gebruik van de naam van de kerk, zie onze onlineStijlgids.