Vrijwilligers van FamilySearch verwachten tegen
het eind van 2009 meer dan 325 miljoen namen uit documenten in de
computer te hebben ingevoerd. Dat is slechts drie jaar nadat de
organisatie met een online indexeringsprogramma was begonnen. Deze
mijlpaal werd ooit onmogelijk geacht. In 2006 indexeerden enkele
duizenden vrijwilligers slechts elf miljoen namen. Maar dankzij de
voortschrijdende techniek en een toenemend aantal vrijwilligers —
meer dan honderdduizend, verspreid over vijf werelddelen — worden
nu ongeveer vijfhonderdduizend namen per dag geïndexeerd. Met dat
tempo verwacht Paul Nauta, manager public affairs van FamilySearch,
dat er tegen het einde van 2010 een half miljard namen zal zijn
ingevoerd. En toch is dat nog maar een klein deel van de namen in
de enorme aantallen historische documenten die overal ter wereld
gearchiveerd zijn, die bovendien jaarlijks met meer dan honderd
miljoen documenten toenemen, terwijl elk document meerdere namen
bevat. ‘We halen niet in’, aldus Nauta. ‘Als je het alleen nog maar
over het vereeuwigen van documenten hebt, dan worden er jaarlijks
meer documenten aangemaakt dan we met de huidige techniek in jaren
zouden kunnen filmen.’ Om belangrijke historische documenten
sneller online te kunnen zetten, probeert FamilySearch voortdurend
de gebruikte technieken te verbeteren en meer toegewijde
vrijwilligers te vinden. De afdeling familiegeschiedenis van de
kerk heeft in de loop der tijden nieuwe technieken ontwikkeld om
documenten te vereeuwigen: niet alleen zo snel mogelijk, maar
bovendien met de hoogst mogelijke kwaliteit. Dat heeft geleid tot
het gebruik van speciaal voor het doel ontworpen digitale camera’s,
vernieuwende scantechnieken en nieuwe computersoftware. ‘We willen
niet noodzakelijkerwijs pioniers zijn op dit gebied en in deze
techniek,’ aldus Nauta, ‘maar we moeten wel.’
Documenten vastleggen Een belangrijk onderdeel van de operaties
zijn nu digitale camera’s die speciaal zijn aangepast voor dit
werk. Zij leggen de originele documenten digitaal vast als er
eenmaal een project is gekozen en er toestemming voor het
fotograferen is verkregen. Werknemers van de afdeling
familiegeschiedenis van de kerk zien toe op dit werk, wat al begint
met de beslissing welke documenten ze willen vastleggen en waar ze
die vandaan halen. ‘Het gaat er allemaal om dat het ons helpt om de
verbanden tussen de leden van de mensheid te leggen’, aldus Duane
Barson, een van de drie gebiedsmanagers (...) het (...) werk in
Noord-, Midden- en Zuid-Amerika overziet. ‘De procedure waarmee we
onze uiterst beperkte mankracht inzetten om die documenten te
vergaren, is heel doordacht.’ Zijn er eenmaal documenten gevonden,
dan werken werknemers van de afdeling familiegeschiedenis met
allerlei kerken, gemeentes, archieven en overheden om kopieën te
kopen of te maken. De meeste instellingen zien de mormonen dit
graag doen. ‘Wij hebben een goede reputatie als een organisatie die
net zo veel om de documenten geeft als de archivarissen’, aldus
Steven L. Waters, manager strategische relaties in Europa. ‘Over
het algemeen zijn ze dankbaar dat er een organisatie als de onze is
die zo veel investeert in het vereeuwigen van de geschiedenis.’ Als
de onderhandelingen zijn gedaan, wordt er op locatie een plek
ingericht, waarna met camera’s digitale afbeeldingen worden gemaakt
van de historische documenten. Die procedure kan weken of jaren
duren, afhankelijk van de omvang van de collectie, de soort
documenten die worden gekopieerd en de ervaring van de werknemer.
Werknemers produceren afbeeldingen met hoge resolutie en een
bestandsgrootte van maar liefst 50 megapixel, oftewel vijftig
miljoen pixels. Daarvoor gebruiken ze camera’s die erg lijken op de
modellen die door de NASA en in diverse industriële toepassingen
gebruikt worden. De aanpassingen die specialisten van de kerk aan
de techniek van de camera’s aanbrengen, vergroten de duurzaamheid.
‘Enkele van de camera’s met de hoogste kwaliteit nemen
driehonderdduizend foto’s en geven het dan op’, aldus Larry
Telford, manager cameradiensten van de afdeling
familiegeschiedenis. ‘Maar aangezien de gemiddelde werknemer met
een camera in één jaar een half miljoen foto’s neemt, verlangen we
van onze camera’s dat ze vier of vijf jaar meegaan, of zelfs
langer.’ Naast de camera is er een computer nodig, een
camerastandaard en speciale software. ‘dCamX (de software) is
intern ontworpen om het harde werk te doen terwijl degene die de
camera en computer bedient, het makkelijke werk doet’, aldus
Telford. Het maakt het bedienen van de camera’s makkelijker voor de
kerkwerknemers, zendelingen en free-lancers die dit werk doen. Stap
voor stap leidt het degene die de camera bedient door het
calibreren ervan. De afbeelding wordt via een computerverbinding
verwerkt en getoond op het scherm zodat men zich ervan kan
vergewissen dat de afbeelding de hoogste kwaliteit heeft. Elke
afbeelding die wordt aangemaakt, ondergaat een uitvoerige controle
waarbij hij wordt bijgesneden, de metadata geregistreerd, een
kwaliteitscontrole uitgevoerd en andere verbeteringen aangebracht
om de kwaliteit te verzekeren. Is een project eenmaal af, dan wordt
er maximaal één terabyte aan afbeeldingen en gegevens op een
externe harde schijf gezet en naar Salt Lake City gestuurd, waar de
afbeeldingen worden verwerkt, vereeuwigd, gekopieerd en
gedistribueerd. De beschikbaarheid van de afbeeldingen hangt af van
de contractuele specificaties van elk project. Veel afbeeldingen
worden op familysearch.org gepubliceerd, sommige op commerciële
genealogische websites, soms publiceert het archief zelf het werk,
en soms wordt het werk wel gepubliceerd, maar met
toegangsrestricties. ‘We mogen de eindresultaten niet altijd zelf
publiceren, er zijn allerlei verschillende hindernissen. ‘Maar het
gaat er uiteindelijk om dat we zo veel mogelijk documenten ter
beschikking stellen aan zo veel mogelijk mensen’, aldus Waters.
Conversie Een van de belangrijkste punten van vooruitgang die
FamilySearch in de afgelopen jaren geboekt heeft, was de
ontwikkeling van vijftien hogesnelheidsscanners in 2005, die
afbeeldingen op microfilm omzetten naar digitale afbeeldingen,
waardoor ze op een computer bekeken konden worden. Die scanners
converteren 2,5 miljoen rollen microfilm uit het archief van de
[mormoonse] kerk in de Granite Mountain naar tientallen miljoenen
digitale afbeeldingen die klaar zijn om te indexeren. Die rollen
microfilm bevatten afbeeldingen van belangrijke historische
documenten die overal ter wereld zijn vergaard: geboorte- en
overlijdensakten, ziekenhuisregisters, familiegeschiedenissen,
immigratieformulieren, historische boeken enzovoorts. ‘Voor zover
wij weten is er geen enkel bedrijf dat zo veel persoonsgegevens
vereeuwigt als FamilySearch’, aldus Nauta. ‘De documenten die
FamilySearch nu al bevat, zouden na digitalisering (een) omvang
hebben (van) achttien petabytes — en dan rekenen we dus niet mee
dat we voortdurend aan nieuwe documenten komen.’ De scanners werken
net als een camera: de microfilm wordt afgewonden en de
afbeeldingen op de microfilm worden geconverteerd naar een lange
reeks digitale afbeeldingen van hoge kwaliteit. Een
computerprogramma controleert de reeks en deelt die op basis van
een speciaal algoritme op in individuele afbeeldingen. De originele
afbeeldingen van de microfilm scannen, de afbeeldingen voorbereiden
op online zetten en de kwaliteit controleren hoeft maar zo’n
achttien minuten per rol te duren.
Aanbieden aan de wereld
FamilySearchIndexing.org
is een van de vele webprogramma’s die men heeft ontwikkeld om
familiehistorisch werk te bevorderen. FamilySearch Labs (labs.FamilySearch.org) laat
zien welke nieuwe familiehistorische technieken nog in ontwikkeling
zijn. Gebruikers testen ze en met hun reacties verfijnen de
ontwikkelaars de technieken. Labs heeft in ruim twee jaar diverse
innovatieve programma’s ontwikkeld voor familiehistorisch werk. De
researchwiki van FamilySearch (wiki.familysearch.org) is een
open, online gemeenschap waar onderzoeksdeskundigen en genealogen
informatie uitwisselen over de beste familiehistorische
onderzoeksmethoden. Met Record
Search krijgt men toegang tot miljoenen historische documenten,
een verzameling van alle documenten die worden gedigitaliseerd.
Gebruikers kunnen zien welke documenten er van een bepaalde
geografische regio beschikbaar zijn of invoeren wat zij van een
voorouder weten om te zien in welke documenten deze vermeld staat —
en dat alles online. (U vindt Record Search als u naar FamilySearch.org gaat, op Search
Records klikt en vervolgens op Record Search pilot.) Op
forums.FamilySearch.org kunnen gebruikers van verschillende
deskundigheidsniveau’s online discussies voeren om antwoord te
krijgen op vragen over productopties en onderzoekstechnieken, hints
en tips bespreken, of zelfs gegevens uitwisselen van families uit
bepaalde plaatsen. Volgens Paul D. Starkey, manager digitale
informatieprocessen (...), brengen deze en vele andere projecten
het familiehistorisch werk meer tot leven dan ooit tevoren. ‘Die
technische evolutie heeft tot een opmerkelijke betrokkenheid van zo
veel mensen uit de hele wereld geleid’, voegt hij daar nog aan toe.
‘Het internet is echt een wonderbaarlijke techniek die zo nuttig is
voor dit soort werk.’ Uiteraard is een van de geslaagdste
programma’s ooit ontwikkeld door de afdeling familiegeschiedenis
(van de mormoonse kerk) te vinden op FamilySearchIndexing.org.
Het indexeringsprogramma heeft continue 35 of meer projecten lopen
in verschillende delen van de wereld. Men kan afbeeldingen van
historische documenten downloaden naar een computer en de gegevens
invoeren voor overname in een doorzoekbare online databank met
namen, datums, plaatsnamen en andere gegevens — die iedereen gratis
online kan bekijken op FamilySearch.org. Iedereen kan helpen met
het indexeren. Als een computer thuis niet aan de eisen voldoet
voor de indexeringssoftware (die van FamilySearchIndexing.org
te downloaden is), kan men de applicatie ook gebruiken op een
computer van een van de 4600 centra voor familiegeschiedenis over
de hele wereld. De software is al beschikbaar in het Engels, Frans,
Duits en Spaans. Begin april 2010 worden daar drie talen aan
toegevoegd: Italiaans, Portugees en Russisch. En in augustus 2010
Zweeds. Drie vrijwilligers uit Nicaragua, Guatemala en Honduras
hebben geholpen met het in het Spaans indexeren van het 250
miljoenste document, dat deel uitmaakt van het project om de
Nicaraguaanse burgerlijke stand te digitaliseren. ‘We begonnen met
gegevens handmatig invoeren, leverden daarna digitale afbeeldingen
op cd aan, en gebruiken nu e-mail- en webapplicaties, waardoor we
bijna iedereen waar ook ter wereld kunnen inzetten’, aldus Nauta.
‘We hebben gigantische stappen gedaan sinds het begin. Het is nu
gewoon sneller, betrouwbaarder en efficiënter.’ Met de technische
vooruitgang en het continue toenemende aantal indexerende
vrijwilligers zou het tegenwoordig slechts drie weken kosten om de
historische immigratieregisters van Ellis Island
te indexeren, terwijl dat tien jaar geleden nog een karwei was waar
twaalfduizend vrijwilligers twaalf jaar aan hadden gewerkt. Achter
de techniek Achter de innoverende technieken schuilt de inzet van
mensen als het kloppende hart van de versnelling van het werk. Over
de hele wereld zijn continue duizenden vrijwilligers aan het
indexeren voor FamilySearch. Een toenemend aantal is geen lid van
De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Zij
dragen een groeiend aantal gegevens bij aan de
indexeringsresultaten. Sommigen zien het als een opdracht om
historische documenten te vereeuwigen en daarmee de identiteit en
het erfgoed van een natie, organisatie of gemeenschap te bewaren.
Anderen geeft het een sterker gevoel van persoonlijke identiteit.
‘Zij bevestigen dat zij deel uitmaken van een grotere
familiestructuur met een rijke geschiedenis’, zegt Nauta. ‘Wij
komen erachter dat het leven zoals we dat kennen niet alleen maar
draait om onszelf in het hier en nu. Als we onze rijke
familiegeschiedenis kennen, hebben wij en onze nakomelingen iets
extra om voor te leven: een erfgoed dat we eer aan kunnen doen en
doorgeven als wij ons deel hebben gedaan.’ Godsdienstige
achtergrond Voor mormonen schuilt de werkelijke waarde en het
erfgoed van hun familiegeschiedenis in de verlossende (ceremonies)
van de tempel. Nauta zegt bijvoorbeeld dat de grootste beloning
ligt in het doen van tempelwerk voor zijn eigen familieleden die
hij heeft ontdekt dankzij de indexen die vrijwilligers voor
FamilySearch hebben samengesteld. ‘Het is heel anders om (...) werk
te doen voor familieleden die ik ken of van wie ik de naam heb
opgezicht’, zegt hij. ‘Ik ken ze min of meer omdat ik tijd aan ze
heb besteed, hun gegevens heb onderzocht, en iets vernomen heb
aangaande de vraag wie zij waren.’ Maar zowel voor leden van de
kerk als voor hen die geen lid zijn, was de toenemende
belangstelling in familiehistorisch werk al voorzegd. ‘Het staat in
de Schriften’, zegt Nauta, en hij haalt Leer en Verbonden 2:1–2
aan: ‘Elia “zal in het hart der kinderen de aan de vaderen gedane
beloften planten, en het hart der kinderen zal zich tot hun vaderen
wenden.”’ (Zie ook Maleachi 4:6: ‘Hij zal het hart der vaderen
terugvoeren tot de kinderen en het hart der kinderen tot hun
vaderen, opdat Ik niet kome en het land treffe met de ban.’) De
geest van Elia is door (...) Russell M. Nelson (van de Raad der
Twaalf Apostelen) beschreven als ‘een manifestatie van de Heilige
Geest die getuigt van de goddelijke aard van de familie.’
Naar een artikel op www.lds.org.
Stijlgidsnotitie:Als u De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen in een artikel noemt, gebruik dan bij de eerste vermelding alstublieft de volledig naam van de kerk. Voor meer informatie over het gebruik van de naam van de kerk, zie onze onlineStijlgids.